De regeling spaarverlof
De spaarverlofregeling wordt op een beperkt aantal scholen aangeboden aan het personeel. Kort gezegd komt de regeling er op neer dat u eerst een aantal jaren extra uren maakt, die u later als bulk op kunt nemen.
Omdat de regeling een aantal jaren geleden fors versoberd is, zijn er steeds minder docenten die er gebruik van maken. In de tijd dat deze regeling ontstond, is die ingevoerd als systeem waar een extra aanstelling ingevoerd moest worden bij het extra werken en een verlof bij het opnemen. Dat is nog steeds zo. In de tekstvelden kunt u details bijhouden. Er is niet zoals bij persoonlijk budget een spaarpottensysteem gebouwd hiervoor.
Verwerk spaarverlof niet in persoonlijk budget
De spaarpot-telling binnen persoonlijk budget houdt vanaf 2019-2020 rekening met het kapitaliseren van de gespaarde uren. Die kunnen in een later schooljaar minder waard worden. Dit geldt niet voor het spaarverlof. Dringend verzoek dus om de spaarpot van het spaarverlof niet in deze regeling onder te brengen, om fouten te voorkomen.
In de CAO VO vindt u deze regeling onder 15.8 met bijlage 5.
Het traject bestaat uit 2 fasen:
- het sparen
- het opnemen
Een docent moet minimaal 4 en maximaal 12 jaar sparen, dit wordt vooraf afgesproken. Er mag maximaal 60 uur per jaar gespaard worden. Als er gespaard wordt, betekent het dat u een extra aanstelling krijgt van dit aantal uren die u op jaarbasis, dus bij de planning, inzet. U gaat dan 1 uur per week meer lesgeven. De overige uren komen bij uw taakruimte erbij. Deze regeling is niet afhankelijk van de werktijdfactor. De school kan het getal 60 eventueel ophogen en ook besluiten het niet toe te staan met reden.
Als u het verlof opneemt, kunt u in dat schooljaar geen verlof opbouwen. Het is dus of sparen of opnemen.
Opnemen doet u in één schooljaar. U neemt dan een verlof op met de omvang die daar bij hoort. U kunt het verlof opnemen als een onderhoudsverlof, dus aaneengesloten, of voor personeel van 52 jaar en ouder ook als planningsverlof.
Er staat in de CAO niet of het spaarverlof ook recht geeft op of vermindering oplevert van AST, DESK en of PB. U kunt hier als school zelf afspraken over maken met de MR.
Een voorbeeld
Docent K. de Bie (men04) heeft een vaste aanstelling van 1 fte. Hij spaart daarnaast 60 uur. Hij doet dit nu al 6 jaar, 1718 is het zevende jaar en in 1819 gaat hij voor 420 verlof opnemen, zodat hij er een periode tussenuit kan.
In schooljaar 1718 is een extra aanstelling gemaakt, met een tijdelijk karakter. In de opmerking van de docent staat het gespaarde aantal uren genoemd met de planning erbij. Bij de directieopmerking staat wanneer hij welk aantal uren op gaat nemen.
Omdat AST en DESK is gemaximaliseerd op basis van een fulltime aanstelling, gaan die in dit geval niet omhoog. De 2 uur extra PB kan de school zelf bepalen of deze wel of niet toegekend worden.
Het is de bedoeling dat hij in schooljaar 1819 spaarverlof gaat opnemen.
Normaal gesproken werkt hij 1659 uur.
Daarvan zijn 1220 uur lessen en 223 uur taken. Hij wil dit aaneengesloten opnemen.
Als hij 415 uur verlof heeft, is dit 1/4 deel van zijn jaaromvang. Daarmee zou u ook 1/4 deel van uw lessen en 1/4 deel van uw taken niet meer gaan geven. De overige 5 uur worden los daarvan afgesproken.
Onderdeel | Oorspronkelijk | In mindering gebracht |
---|---|---|
werktijdomvang | 1659 | 415 |
beschikbaar voor lessen en taken | 1453 | 364 |
aantal klokuren les | 1220 | 305 |
aantal klokuren taken | 233 | 58 |
aantal lesweken | 38 | 8.5 |
In ons voorbeeld hebben we over het verlof een vermindering van AST en DESK afgesproken. Dit betekent dat van de 420 uur verlof, er opgeteld 55 uur van af gaan. De overige uren moeten dus echt minder lessen en taken ingevuld worden.
In de lessenverdeling en de taakverdeling hebben we bij deze docent een vervanging verwerkt die van week 45 tot en met week 4 de lessen overneemt. Effectief zijn dit 9 weken, met vakanties erbij 11 weken.
We krijgen dan het volgende plaatje:
We adviseren scholen om bij de projectinstellingen het vinkje over de berekening van de afwezigheid UIT te zetten.
De berekening van de vervanging staat dan wel onder in de kaart maar niet meer bij de samenvatting. Daar is een extra regel bij gekomen die altijd het getal 364 naar 0 terug brengt. Dit voorkomt dat u te veel in detail moet werken.